“Het zal tijd kosten voordat kinderen herstellen van het trauma”
28 mei 2025
De bevolking van de regio Jammu en Kashmir, op de grens tussen India en Pakistan, werd onlangs getroffen door verwoestend militair geweld. Velen aan beide kanten van de frontlijn werden gedood, raakten gewond, of vluchtten voor hun leven. Onder hen ook de meest kwetsbaren in een crisissituatie: kinderen en jongeren met een handicap. Met onze partners in de regio komen we in actie voor hen.
Hoewel de beschietingen vooralsnog zijn gestopt, zijn de gevolgen van het geweld onverminderd aanwezig voor de mensen in Jammu en Kashmir. Doordat het Liliane Fonds tot voor kort actief was in het Indiase deel van deze regio, hebben we via onze plaatselijke contacten een beeld van de situatie. Over de situatie aan Pakistaanse zijde echter, hebben we geen informatie, en evenmin hebben we mogelijkheden om daar ondersteuning te bieden.
Directe steun
Onze partner in Noord-India meldde dat de ontheemde bevolking dringend behoefte heeft aan directe ondersteuning en basale levensmiddelen zoals voedsel, verzorgingsproducten en medicatie. De Indiase overheid heeft hulp toegezegd, maar deze laat op zich wachten.
De lokale ontwikkelingsorganisatie She Hope Society komt wél direct in actie en organiseert, in samenwerking met onze partner Jan Vikas Samiti de distributie van noodhulppakketten voor 600 getroffen gezinnen. Het Liliane Fonds ondersteunt deze noodhulp met een financiële bijdrage.
De pakketten bevatten essentiële producten, waaraan de hard geraakte bevolking dringend behoefte heeft, zoals rijst, olie, peulvruchten en granen, melk, zeep en maandverband. Hiermee kunnen gezinnen de eerste periode overbruggen, tot hulp vanuit de overheid op gang is gekomen.
Impact op bevolking
Syed Fayaz Achmad, medewerker van She Hope Society, vertelt over de enorme impact van het geweld op de lokale bevolking.
“Het geweld heeft een verwoestende impact gehad op gemeenschappen in de regio, met name in de Kashmirvallei. Het heeft geleid tot grootschalige ontheemding, economische instabiliteit en verhoogde veiligheidszorgen.”
Hoeveel mensen zijn direct getroffen, en hoeveel daarvan zijn kinderen met een beperking?
“Het exacte aantal getroffen personen is moeilijk vast te stellen, maar wel is duidelijk dat duizenden mensen zijn getroffen. In de gebieden die getroffen zijn door de beschietingen, ondersteunt She Hope Society ongeveer 4.000 mensen, waarvan ongeveer 3.000 direct of indirect door de crisis zijn getroffen. Onder hen zijn naar schatting 980 kinderen met een beperking.
Honderden mensen liepen psychisch, emotioneel of lichamelijk letsel op door de beschietingen. Duizenden mensen moesten hun woning ontvluchten en zijn ontheemd. Ook nu het rustiger is, kunnen kinderen voorlopig niet naar school totdat de omgeving ontmijnd en veilig is.”
Hoe is de stemming van de mensen in de getroffen gebieden? Is er angst dat het geweld terugkeert?
“Ik bemerk een mix van veerkracht en voorzichtige opluchting. Er heerst een nerveuze stilte – hoop op stabiliteit, maar ook het besef hoe kwetsbaar vrede kan zijn. Veel mensen hebben enorme stress en angst ervaren, vooral in dorpen nabij de grens.
Nu het staakt-het-vuren van kracht is, keren ontheemde families terug naar huis en wordt langzaam een gevoel van normaliteit hersteld. Sommige gemeenschappen pakken de draad weer op, herbouwen hun huizen en hervatten het dagelijks leven, hoewel de littekens van het conflict blijven. Troepen blijven aanwezig om de veiligheid te waarborgen, terwijl bewoners voorzichtig vooruitgaan.”
En hoe is dit specifiek voor de kinderen die jullie bereiken?
“Kinderen die dicht bij de grens wonen, ervaren aanzienlijke psychologische stress als gevolg van het aanhoudende conflict. De geluiden van explosies, drones en militaire activiteiten hebben angst, verwarring en onzekerheid veroorzaakt. Ouders melden fysieke symptomen van stress bij hun kinderen, zoals braken en verlies van eetlust.
Gedragsveranderingen zijn ook merkbaar. Sommige kinderen zijn teruggetrokken, hebben slaapproblemen of vertonen agressie. Anderen uiten hun angsten via vragen over hun veiligheid en toekomst. Aanhoudende ondersteuning zal essentieel zijn om hen weer een gevoel van veiligheid te geven.”
Heeft de crisis nieuwe uitdagingen veroorzaakt voor de kinderen die jullie bereiken?
“Het conflict heeft het leven van getroffen gezinnen diepgaand beïnvloed en zorgt voor tal van uitdagingen in hun dagelijks bestaan. De verwoesting door beschietingen heeft gezinnen in rouw achtergelaten en dwingt hen hun leven opnieuw op te bouwen. Kinderen zijn bijzonder kwetsbaar, met onderbrekingen in hun onderwijs doordat scholen gesloten of beschadigd zijn. De psychologische tol is aanzienlijk, met veel kinderen die angst en trauma ervaren door het conflict.
De dreiging voor de veiligheid heeft de angst onder gezinnen vergroot, waardoor het moeilijk is om zich veilig te voelen, zelfs nu het staakt-het-vuren van kracht is. Hoewel mensen beginnen terug te keren naar hun huizen, verloopt het herstel van normaliteit traag. Eerdere verstoringen in essentiële diensten, zoals medische zorg en toegang tot voorraden, zijn afgenomen sinds het vuren is gestopt, maar de emotionele littekens blijven. Het zal tijd kosten voordat kinderen en gezinnen herstellen van het trauma dat ze tijdens deze moeilijke periode hebben doorstaan.”
Welke impact heeft dit op de medewerkers van She Hope Society?
“Ons personeel is hierdoor emotioneel diep geraakt, vooral toen ze het leed van hun begunstigden zagen. Met name degenen met ernstige aandoeningen die ze niet konden bereiken. Velen hadden een hechte band opgebouwd met patiënten, wat het gevoel van machteloosheid nog intenser maakte te midden van angst en onzekerheid. Het onvermogen om hulp te bieden en zorg voort te zetten is schrijnend.”
Met welk gevoel kijk je naar de toekomst?
“Ik zie zowel de kansen als de uitdagingen die voor ons liggen. Nu het staakt-het-vuren standhoudt, heb ik voorzichtige hoop op blijvende stabiliteit. Ontheemde families vestigen zich opnieuw, wat ons een cruciale kans geeft om kinderen trauma-specifieke zorg te bieden en essentiële diensten zoals onderwijs, gezondheidszorg en economische stabiliteit te herstellen. Humanitaire organisaties kunnen effectiever opereren, wat het herstel op lange termijn versterkt.
Toch blijft er onzekerheid. Sporadische schendingen van het staakt-het-vuren kunnen de vooruitgang verstoren. En de diepe psychologische impact – vooral op kinderen – vereist blijvende mentale ondersteuning. De continuïteit van hulp blijft een zorg, aangezien bezuinigingen op financiering het herstel kunnen vertragen en kwetsbare gezinnen zonder middelen kunnen achterlaten. Economische instabiliteit houdt aan, met velen die moeite hebben om hun door ontheemding verloren bestaansmiddelen terug te krijgen. De weg vooruit vereist blijvende inzet, samenwerking en veerkracht.”